Het aantal laadpalen dat dagelijks geïnstalleerd wordt in Nederland, moet op korte termijn bijna verdubbeld worden. Want de 800 laadpalen die er nu elke dag bijkomen zijn niet genoeg, zeker als er over een paar jaar ook nog eens in veel stadscentra emissie loze zones zijn. Dan mogen daar alleen nog elektrische bestel- en vrachtauto’s in.

“Voor vrachtwagens zijn grotere laadpalen nodig en er zullen speciale hubs komen aan de rand van de stad, waar vrachtwagens die nog op benzine of diesel rijden hun vracht overzetten op kleine elektrische busjes”, vertelt Nico van Leeuwen van ROVC, de grootste (private) technische opleider van Nederland.

Plug in & Play

Er is op dit moment een groot gebrek aan monteurs die laadpalen installeren. Daar moet het project Plug in & Play (PiP) verandering in brengen. PiP is een samenwerking tussen bedrijven en onderwijsinstellingen en moet zo snel mogelijk zo veel mogelijk mensen opleiden die laadpalen kunnen installeren, onderhouden en repareren.

HAN/SEECE levert een belangrijke bijdrage door partijen in de regio Oost te verbinden, zoals ElaadNL en Connectr. En met hun vermogen om razendsnel mensen op te leiden tot technische vakmensen, speelt ook ROVC een grote rol. “Als er een grote behoefte is aan mensen met kennis van waterstoftechniek, warmtepompen en nu dus laadpalen, maken wij daar verkorte modules voor”, zegt Van Leeuwen. “En omdat we met alleen nieuwe studenten deze oorlog niet gaan winnen, zullen er ook kortere trajecten moeten komen voor werkenden”.

Van glasvezelmonteur naar laadpaalinstallateur

ROVC heeft daarom onder meer een laadpaal-cursus ontwikkeld voor elektromonteurs. Daar komt nu een speciaal omscholingstraject bij voor glasvezelmonteurs. Want nu de glasvezelnetten bijna overal klaar zijn, hebben zij ruimte voor nieuw werk. “Het is belangrijk dat we voorkomen dat zij uit de techniekwereld stappen. Zij zijn geen elektriciens, dus hebben iets meer scholing nodig. Maar ze hebben wel belangrijke basisvaardigheden. Ze kunnen netjes werken, gaatjes boren, met kabels omgaan en aansluiten op connectoren”.

Binnenkort start de pilot, waarin 10 glasvezelmonteurs een 6-daagse cursus volgen bij het ROVC TechCenter in Ede. Ze worden dan opgeleid tot basis elektromonteur. “Ze leren goed met gereedschap omgaan, draden strippen, elektrotechnische tekeningen lezen en natuurlijk veilig werken”.

Na die cursus gaan de monteurs in de praktijk aan de slag, onder begeleiding van een ervaren elektricien. “We maken bij ROVC vaak gebruik van het zogeheten ‘meester-gezel’ leermodel. Het is heel effectief en in dit geval ook noodzakelijk, want de nieuwe elektromonteurs starten zonder ervaring. Om het aantrekkelijk te maken voor bouwondernemers om hen in te huren, zorgen wij voor de begeleiding”.

In ongeveer 2,5 maand maken de monteurs belangrijke meters in de praktijk. Daarna komen ze terug bij ROVC voor de 4-daagse cursus tot monteur laadpalen, waarna ze als volwaardig laadpaalinstallateur aan de slag kunnen.

Toekomstperspectief

Als de pilot succesvol is, zal het traject breed beschikbaar zijn. Niet alleen voor de honderden glasvezelmonteurs in Nederland, maar voor iedereen die zich wil laten omscholen. “Het traject is geschikt voor zij-instromers vanuit elke sector. Of je nu bakker bent, marketeer of gemeenteambtenaar; iedereen die enige affiniteit heeft met techniek en iets wil betekenen in de energietransitie is welkom”.

De nieuwe elektromonteurs zullen trouwens op termijn niet alleen maar laadpalen de grond in gaan slaan, benadrukt van Leeuwen. “Zeven van de acht miljoen huizen hebben nog geen krachtstroom en ook veel laadpalen werken sneller met krachtstroom. Daartoe moeten meterkasten verzwaard worden. En daar is weer specifieke expertise voor nodig, want het is ingewikkelder en risicovoller. Met deze snelle opleiding tot elektromonteur brengen we mensen in elk geval in pole position om zich daarin verder te ontwikkelen”.